Van onschatbare meerwaarde

Vandaag regende het de hele dag. Twee dagen geleden stormde het. Een klein fietstochtje door de wijk is genoeg om de grote schade te zien. Bomen zijn met wortel en al omgekieperd. Zo’n regendag als vandaag voelt als een lock-downdag. Op lock-downdagen is het buiten stil en binnen druk.

Als afleidende activiteit begon ik vroeger dan normaal met aardappelschillen. Ik schilde en mijn jongste van drie sneed aardappels doormidden. Mijn oudste van zeven kwam erbij staan en wilde ook helpen. Hij stak zijn hand uit en ik gaf hem voor het eerst een dunschiller en deed voor hoe je langzaam een aardappel schilt. Oei hoeveel pleisters zouden er nodig zijn, dacht ik even? Geen één natuurlijk; zo’n jongen kan meer dan je denkt, ontdekte ik opnieuw. De eerste aardappel werd heel langzaam en voorzichtig geschild en de vijfde behendiger en sneller.

Toen ik, samen met Ineke van Beijnum, verkennende gesprekken mocht voeren voor het verkiezingsprogramma van de ChristenUnie waren de gesprekken over vrijwilligerswerk in de stad enthousiastmakend. Ik hoorde verhalen over het organiseren van activiteiten voor de buurt, het in de gaten houden van elkaar/ elkaar helpen en verhalen over mensen die zich al meer dan 20 jaar voor dezelfde organisatie inzetten…

Als het gaat om vrijwilligerswerk helpt het als het vrijwilligersorganisaties beleidsmatig gemakkelijk gemaakt wordt. Geen bureaucratie. meedenken, mogelijkheden koesteren en het beschikbaar stellen van budget. En dat, in de bewoording van het verkiezingsprogramma van de ChristenUnie; omdat vrijwilligerswerk van onschatbare meerwaarde is.

Het op waarde schatten van vrijwilligers en het stimuleren burgerinitiatieven is belangrijk voor ChristenUnie. Iedereen die zijn hand uitsteekt om te helpen verdient het vertrouwen om ook te kunnen helpen. Maar de praktijk is weerbarstig, was het maar waar dat er overal aardappelschillers staan te popelen om te helpen. Nee in tegendeel, het vrijwilligerswerk staat onder druk en er komt veel op hen af. De gemeente kan komende jaren echt wat betekenen bij het aantrekkelijk maken van vrijwilligerswerk en het ondersteunen van vrijwilligersorganisaties. Hier heeft de ChristenUnie oog voor.

Anna de Wit-in ’t Veld #30

Uitgesteld oordeel

Daar lag hij. Een man van begin veertig, op kamer 12. Ik liep de kamer in en begon een praatje – vroeg hoe het met hem ging. Hij baalde. Covid had ervoor gezorgd dat zijn donornier, die hij enkele jaren geleden kreeg, er mee opgehouden was. En nu was hij weer terug bij af; moest weer dialyseren en een zware en onzekere toekomst lag weer voor hem. Helaas is hij niet de enige; in mijn werk als medisch maatschappelijk werker voor mensen met nierfalen kom ik meer mensen tegen zoals hij. Mensen met slechte nieren behoren tot de kwetsbare groepen waarover veel gesproken wordt in de coronapandemie.

’s Avonds trilt mijn telefoon; het is een bericht van de school van onze zoon. Morgen moet hij opnieuw thuisblijven, omdat teveel leerkrachten ziek zijn of in quarantaine zitten. Vriendelijk wordt gevraagd om begrip. Nu baal ik ook. Want eerlijk gezegd is de rek er wel zo’n beetje uit. Met drie jonge kinderen hebben we te maken met een kinderdagverblijf, BSO en basisschool. En dat betekende quarantaines in wisselende samenstellingen en op onverwachte momenten. Soms wisten we niet meer hoe we het nog moesten verantwoorden naar onze werkgevers. En ik weet, wij zijn niet de enige die baalden van de maatregelen; ouders, alleenstaanden, jongeren, ondernemers, muzikanten…

Ondertussen kondigt het kabinet de ene na de andere maatregel of juist versoepeling aan en stromen Twitter, Facebook en het Museumplein vol met boze mensen, die vinden dat het allemaal te snel, te langzaam, te veel of te weinig gaat. En in toenemende mate begon ik mij af te vragen hoe nierpatiënt en ouder, politicus en ondernemer en u en ik nog bij elkaar gehouden kunnen worden binnen één en dezelfde samenleving.

Ik vind het bar ingewikkeld, al die meningen en dat geschreeuw door elkaar. En laat ik eerlijk zijn; ook ik heb mij laten verleiden tot het geven van een (achteraf gezien te) stevige reactie. Inmiddels heb ik ingezien dat al die grote woorden zéker niet leiden tot het bij elkaar houden van de samenleving. Integendeel zelfs. Maar wat dan wel?

Volgens mij is daar van alles over te zeggen, maar voor nu wil ik het bij één inzicht houden. Het is mij opgevallen hoe sterk de reflex kan zijn, om over onderwerpen die persoonlijk raken direct een uitgesproken mening te (willen) vormen. Maar om eerlijk te zijn: op wat gebaseerd? Vanuit welke ervaring? Vanuit welke bubbel? En nog veel spannender: wie ben ik en welke capaciteiten heb ik, om de aangevoerde informatie en wetenschappelijke inzichten, écht op waarde te kunnen schatten en de juiste conclusies te trekken?

Als er iets is wat de coronacrisis mij heeft geleerd, dan is het de waarde van het uitgesteld oordelen. Het aandurven om eens even ergens géén mening over te hebben. Of in ieder geval niet meteen. Maar die mening en beslissingen voor te behouden aan mensen die het beter kunnen weten – of in ieder geval zouden moeten weten – dan ik. Dat vraagt om durven vertrouwen en het loslaten.

Toegegeven, het klinkt nogal slap. Want wat kan het fijn zijn om je mening groots en vrijuit te verkondigen, te stáán voor je rechten en het maatschappelijke debat aan te gaan. Maar mij zul je nooit horen bepleiten dat het goed is om nooit een mening te hebben. En al helemaal niet om die mening niet uit te dragen. Maar wat een samenleving volgens mij helpt, is om een passende plaats in te nemen en die te kennen. En sommige beoordelingen en beslissingen over laat aan hen die het geheel beter overzien of ervoor geleerd hebben. Ik ben maatschappelijk werker. Geen viroloog. Geen politicus. En geen dansleraar. Dus wie ben ik, om een ander te doceren over coronavirussen, de noodzaak van bepaalde maatregelen of salsadansen? Over hemodialyse en peritoneale dialyse kan ik u echter wel van alles vertellen…

De lokale verkiezingen staan voor de deur. En politici zijn net mensen. Dus grote woorden, makkelijke meningen en snelle oplossingen zullen ons ook in deze campagne vast weer tegemoet komen. Maar wat nu, als een kandidaat in een verhit verkiezingsdebat zou zeggen: ‘ik weet het nog niet’, ‘ik zal er eens over nadenken’ of ‘ik ga het navragen’? Tot voor kort zou het op mij misschien weinig indruk hebben gemaakt. Maar sinds corona is alles anders. En kan het maar zo gebeuren dat ik deze kandidaat mijn geloof en vertrouwen krijgt…

 

Martijn Riet

De energieke Ineke Schaddelee gaat zich inzetten voor sport en cultuur. En wat gaat ze doen met de trouwringen van haar grootouders?

Lijsttrekker Anna van Popering vertelt hoe ze Gouda socialer, duurzamer en mooier wil maken. En hoe vrienden uit Griekenland haar lieten zien hoe het nóg mooier kan.

Bron: https://open.spotify.com/episode/4ERQy6Iw3tMP3dn4d2k2V1?si=Nc3GlI8SRla_CD5-HEJ2kg&context=spotify%3Ashow%3A5UDty8uMg4IDiESuFNhC3k&nd=1

Vrouwen nog steeds in de minderheid in de gemeenteraad: zo zit het in Gouda

Foto ter illustratie: minister Kajsa Ollongren in Gouda voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2018. © ANP

Het aantal gemeenteraden waarbij vrouwen in de meerderheid zijn? Die zijn op twee handen te tellen. Dat heeft stichting Stem op een Vrouw samen met LocalFocus in kaart gebracht. Ook in de gemeenteraad van Gouda zijn de vrouwen in de minderheid.

In zeven van de ruim driehonderd Nederlandse gemeenten is de meerderheid van de raadsleden een vrouw. Het gaat hierbij om Amsterdam, Dijk en Waard, Wageningen, Baarle-Nassau, Schiermonnikoog, Zoeterwoude en Blaricum. Bij alle andere gemeenten in Nederland zijn mannen in de meerderheid.

Minder vrouwen dan voorheen

Landelijk gezien is momenteel 31 procent van de gemeenteraadsleden vrouw. Dat is volgens stichting Stem op een Vrouw lager dan net na de gemeenteraadsverkiezingen van 2018: toen ging het nog om 34 procent.

Vrouwen in de gemeenteraad van Gouda

In Gouda is 37,1 procent van de gemeenteraadsleden vrouw. Dit betekent dat er 22 mannen in de raad zitten en 13 vrouwen. Goed om te weten: deze data is verzameld in december 2021 en januari 2022. (Tijdelijke) vervangers zijn meegenomen, vacante zetels zijn niet meegeteld.

ChristenUnie is de partij met de meeste vrouwen in de gemeenteraad. Zij hebben vier zetels, waarvan er twee bezet zijn door een vrouw. Dit zijn Anna van Popering-Kalkman (fractievoorzitter) en Petra Hamm van Bodegraven (raadslid). Gouda Vitaal heeft twee zetels in de gemeenteraad en deze twee zetels worden ook vervuld door vrouwen, namelijk Theresia Uittenbroek Kamphuis en Marja Dijck van Eijk.

Waarom dit belangrijk is

Vrouwen zijn nog steeds ondervertegenwoordigd in de gemeenteraad. Meer diversiteit in de gemeenteraad is goed voor de kwaliteit van de democratie, zegt Stem op een Vrouw. “Wanneer de raad meer divers is, maken raadsleden betere besluiten. Dat komt omdat zodra er meer verschillende mensen meepraten – bijvoorbeeld met verschillende culturele achtergronden, LHBT+, jong en oud, mbo’ers en universitair opgeleiden, met en zonder een beperking – er met meer mensen rekening wordt gehouden.”

“Bovendien: als de politiek geen goede weerspiegeling is van de bevolking, worden er groepen mensen niet gehoord en neemt het vertrouwen in de politiek af.”

 

 

Bron: indebuurt.nl 22 februari 2022

Is het jou ook opgevallen? Gezondheid is meer dan ooit een thema. Logisch. Vraag aan een willekeurig iemand in je omgeving of die persoon gezond oud wil worden en grote kans dat die persoon ja zegt. De kwetsbaarheid van onze gezondheid is in Coronatijd pijnlijk duidelijk geworden. Er is niets belangrijker dan een goede gezondheid.

Gelukkig is er veel dat je zelf kunt doen. Er schuilt een grote veerkracht in onszelf, ook als omstandigheden lastig zijn. Dat hebben we afgelopen tijd met elkaar gezien en geleerd. Tegelijkertijd weet iedereen met een beetje levenservaring dat gezond leven in onze huidige leefomgeving uitdagender is dan ooit. Een gezonde leefomgeving is dan ook het uitgangspunt, gecombineerd met het activeren van mensen in wat wél kan. Een gezonde leefomgeving helpt voorkomen en dat is beter dan genezen. Daarom heeft Gouda in 2021 samen met inwoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties een Gouds Preventieakkoord opgesteld wat aansluit op het Nationaal Preventie akkoord. Meer dan 60 Goudse organisaties steunen dit en willen meewerken om Gouda gezonder te maken. Mooie voorbeelden zijn kooklessen in puur en gezond koken voor leerlingen en een aanbod in bewegen voor kwetsbare inwoners van Gouda.

ChristenUnie gaat nog een stap verder. Goede gezondheid is goed, positieve gezondheid is beter. Dit omvat veel meer dan vrij zijn van ziektes als corona. Positieve gezondheid stelt een betekenisvol leven van de mens centraal. Het leven verdient dit. Je ziet het daarom als een gouden draad geweven door het verkiezingsprogramma van ChristenUnie. Het gaat om een veilige gezonde woonplek, een groene leefomgeving waarin je kunt ontspannen, mee kunnen doen in de samenleving ook als het leven lastig is, toegankelijkheid van sport voor iedereen, jezelf ontwikkelen door passend onderwijs, het voorkomen van langdurige stress door hulp bij schulden, het werken aan werk voor die willen. Dit alles bepaalt hoe wij ons dagelijks leven ervaren.

Mijn persoonlijke inzet vertaalt zich in de uitvoering van een leefstijlprogramma wat toegankelijk is voor iedere Goudse inwoner met overgewicht. Als er iets opvalt gedurende de twee jaar dat ik het programma uitvoer, is het wel de winst van het ontdekken wat wél kan. Gezond leven is voor ons idee een kwestie van wilskracht, een alles of niets. Maar ja, wie lukt dat? Mij in ieder geval niet. In het programma richten we ons juist op oefenkracht. Dat staat voor het uitproberen van gezonde keuzes die passen bij je persoonlijke leven met al haar uitdagingen. ‘Beter iets dan niets’ geeft ruimte om te oefenen wat werkt. Er schuilt winst in kleine stapjes. Deelnemers ervaren dat ook in moeilijke en chaotische omstandigheden er de vrije keuze is om je gezondheid te eren. Over positief gesproken!

Bertina van Dolder (51) zet zich als leefstijlcoach dagelijks in voor een gezonder Gouda. Bertina is nieuw op de kieslijst en staat op nummer 26.

Bron: Gouds dagblad 20 februari 2022

In dit tweede deel van de serie over de betrouwbare overheid de vraag of regels nu helpen of juist tegenwerken om betrouwbaar over te komen.

Ik vraag me al even af of alles is op te lossen is met het vastleggen in regels. Er wordt een probleem gesignaleerd en als oplossing worden de regels aangepast. Probleem opgelost. Totdat duidelijk wordt dat de nieuwe regels weer nieuwe problemen veroorzaken. En het is niet alleen de politiek die daar zo over denkt. Ik kom het ook tegen in mijn eigen vakgebied. Accountants moeten zich aan regels houden en hoe meer hoe beter.

Maar dit keer geen voorbeeld uit mijn werkervaring maar iets wat ik kortgeleden privé tegenkwam.

We wilden met onze kinderen en kleinkinderen een verjaardag vieren met een lunch op een plek die ook geschikt is voor kleine kinderen. Het kon weer. Reserveren moest via een website. Volgens die website was er nog voldoende ruimte. Alleen bij het reserveren stond een toelichting dat ik bij een reservering van meer dan 8 personen een mailtje moest sturen. Dan kon reserveren niet via de website. Ik heb dus een mailtje gestuurd. (er stond ook geen telefoonnummer bij om even te bellen).

Wij gingen de volgende dag welgemoed naar de betreffende gelegenheid. Daar bleek mijn reservering niet te zijn doorgekomen. “Ja meneer van den Brink, die reserveringen per mail komen ergens anders binnen. Die zien wij niet rechtstreeks. Waarom heeft u geen reservering via de website gemaakt?” was de reactie. En ik had inderdaad ook geen reactie op mijn mail teruggekregen. Nu had het bedienend personeel kunnen zeggen, “Ja sorry, het kan niet door gaan, we hebben het druk en zitten eigenlijk ook vol. U heeft blijkbaar niet op tijd gereserveerd”. Gelukkig deden ze dat niet. Ze zijn gaan improviseren en we konden uiteindelijk toch de verjaardag vieren met een eigen tafel en zonder ons te moeten haasten. Terwijl het echt bijna helemaal vol zat.

Wat zegt dit voorbeeld nu over de regels van de betreffende gelegenheid: Waren ze niet duidelijk genoeg? Er stond bijvoorbeeld niet bij dat er tenminste 1 dag van te voren moesten worden gereserveerd. Kende de medewerkers de eigen regels eigenlijk wel? Pasten de regels wel bij de bedoeling? Ik kan me voorstellen dat je ze maakt voor grote gezelschappen maar vallen kinderen onder 2 jaar ook onder de maximaal 8 personen?

 

En nu de vertaling naar de politiek

Wij willen als ChristenUnie de menselijk maat weer terug bij de overheid. We erkennen dat dat best lastig kan zijn. Want dat is toegeven dat niet alles is te regelen. En het betekent dat op sommige momenten iemand een beslissing mag nemen die afwijkt. Omdat ook de situatie anders is. (Wij waren blij dat dit restaurant zo flexibel was). Het was overigens “Keck” hier in Gouda. Die vermelding verdienen ze wel.

Is het mogelijk, de menselijke maat terugbrengen in de regelgeving? Wij denken van wel.

 

Daarom gaat de ChristenUnie zich in het verkiezingsprogramma onder andere voor het volgende inzetten:

  • De mogelijkheid bieden om in bijzondere gevallen af te wijken van de vastgestelde regels als die onbedoelde effecten hebben. Dat kan door zogenaamde hardheidsclausules op te nemen in verordeningen waar dat nog niet is gebeurd.
  • Vragen aan het college om met voorstellen te komen voor regels die geschrapt, vereenvoudigd of samengevoegd kunnen worden.
  • Het vinden en begrijpen van regelgeving eenvoudiger maken.